woensdag 8 september 2010

"Verloren Jaren" Bas Labruyère

Bron: http://www.verlorenjaren.nl/
Toelichting producent
August 16th, 2010 · De Film

‘Psychose te laat ontdekt bij gezinsdrama’ en ‘Bureau jeugdzorg faalde in zaak vermoorde Kelly’. Zomaar twee koppen die recentelijk in het nieuws voorbijkwamen waarbij psychose een belangrijke rol speelt. Psychose wordt gemakkelijk en veelvuldig gebruikt, maar wat is het eigenlijk en hoe is het om een psychose te hebben?

Deze twee vragen zijn het uitgangspunt geweest waarop JensenFrisbee heeft gezegd dit project te willen adopteren. JensenFrisbee heeft zich in de loop der jaren ontwikkeld als een productiemaatschappij waar verhalen verfilmd worden die naast vermaak, een noodzaak hebben verteld te worden. De noodzaak van Verloren Jaren was van het begin af aan glashelder.

Het idee is op papier gezet door Bas Labruyère die de ziekte schizofrenie heeft en zelf te kampen heeft gehad met psychoses, terwijl hij op de filmacademie in Amsterdam zat. Het verhaal was in eerste instantie opgesteld als brief omdat hij zijn ervaringen, met het selecte groepje vrienden en familie dat hem nog restte, wilde delen. Later is hij samen met zijn broer Robert Labruyère, die inmiddels afgestudeerd is aan de filmacademie, bij JensenFrisbee gekomen om het verhaal te verfilmen.

Door zijn eigen ervaring is dit een film geworden met een sterke impact op de kijker. De kijker wordt, mede door de docudramatische stijl, meegevoerd met de hoofdpersoon en balanceert tussen waan en werkelijkheid. Door een bijzondere acteerprestatie van Wouter de Jong, het bijzondere verhaal en de expliciete stijl, wordt je gedwongen met de hoofdpersoon mee te leven. De film geeft weer hoe het is om te leven met een psychose, hoe beperkt en naargeestig dit ook is.

Partner in de totstandkoming was Parnassia Psycho Medische Zorg , het zorgcentrum waar het idee is ontstaan om de brief om te zetten in een scenario. Samen met hen en Bas Labruyère hebben we gekeken naar wat we met een minimaal budget konden verwezenlijken. Uiteindelijk hebben we besloten deze film te maken met een budget van slechts 40.000 euro. Bij zulke minimale budgetten is het essentieel dat de voltallige crew en cast tegen een evenredige (onkosten) vergoeding wil werken. Dankzij de uniciteit van het project en het netwerk dat JensenFrisbee in de jaren opgebouwd heeft was de invulling van een betrokken crew al snel voltooid. Daarnaast heeft iedere departement gewerkt met minimale middelen, wat het werk extra heftig maakt en waarbij maximale creativiteit en flexibiliteit vereist is.

JensenFrisbee is trots dat ze mee hebben gewerkt aan een dergelijk guerrilla project. De reacties uit het werkveld en van de verschillende kijkers maken dat we kijken of de ingeslagen weg kunnen voortzetten en dit project om te vormen van een guerrilla- naar een commercieel filmplan. De ontwikkeling hiervan is in volle gang en samen met Bas Labruyère wordt gewerkt aan het opstellen van een synopsis. Die willen we gebruiken om diverse instanties te benaderen in de hoop dat we dit unieke project aan een nog groter publiek kunnen vertonen.

Biografie van de regisseur
August 16th, 2010 · De Film

Bas Labruyère (1974) groeide op in het Friese plaatsje Wolvega. Op zijn achttiende verhuisde hij naar Maastricht om er Japans te gaan studeren. Tijdens zijn studie was hij actief in het studenten amateurtheater en organiseerde Japanse filmavonden bij de studievereniging. Zo ontwikkelde hij een passie voor film. Na een paar jaar staakte hij zijn studie en deed een eerste poging aangenomen te worden voor de studierichting regie (fictie) aan de Nederlandse Film en Televisie Academie.

Uiteindelijk deed Bas vier pogingen in vijf jaar tijd eer hij werd aangenomen. In die tijd volgde hij vele cursussen en particuliere opleidingen op het gebied van scenario en regie en studeerde een jaar filosofie aan de Faculteit der Wijsbegeerte van de Universiteit van Amsterdam.

Tijdens zijn studie aan de Nederlandse Film en Televisie Academie (2001 – 2006) ontwikkelde Bas zijn eerste psychose. Hierdoor moest hij zijn studie na zijn tweede jaar staken (2003). In het daarop volgende jaar leek het weer goed te gaan, waardoor hij instroomde in het derde studiejaar (2004). Helaas kwam de psychose terug, waardoor Bas aan het begin van zijn vierde studiejaar (2005) niet meer in staat werd geacht zijn studie voort te zetten.

Als onderdeel van zijn psychose was Bas er van overtuigd dat de filmacademie op de één of andere manier verantwoordelijk was voor wat hem allemaal overkwam. Daardoor weigerde hij hulp te zoeken. Vervolgens heeft Bas nog ruim twee jaar met een onbehandelde psychose rondgelopen. Uiteindelijk verhuisde hij naar Den Haag (2008) waar hij zich liet behandelen in een psychiatrische kliniek.

Inmiddels is de diagnose paranoïde schizofrenie gesteld, en gaat het, na een intensief zorgtraject, weer goed met Bas. Gestimuleerd door zijn behandelaars van het Centrum Eerste Psychose van Parnassia heeft Bas, samen met zijn broer Robert, die in 2006 afgestudeerd is in de studierichting productie aan de filmacademie, de film ‘Verloren Jaren’ kunnen maken (2010). De film is een ervaringsdocument over de periode waarin Bas te kampen had met zijn langdurige eerste psychose.

Momenteel werkt Bas aan zijn eerste bioscoopfilm, ‘de Verdwijning van Mohammed’, over een jongen die een eerste psychose doormaakt. Bas werkt daarbij wederom samen met Robert en er zijn meerdere ervaringsdeskundigen betrokken bij de totstandkoming van het project.

De totstandkoming
August 16th, 2010 · De Film

Het is december 2008. Ik ben dan net een paar maanden ontwaakt uit mijn langdurige eerste psychose. Ik heb net een antwoord gekregen van de filmacademie op mijn verzoek alsnog af te mogen studeren. Helaas zit het huidige, maar ook het komende vierde jaar overvol, waardoor er geen plaats (meer) voor me is. Toen ik in 2006 mijn studie (regie – fictie) aan de Nederlandse Film en Televisie Academie moest staken werd de hoop uitgesproken dat ik hulp zou zoeken. Dat heb ik jarenlang geweigerd omdat ik er van overtuigd was dat anderen verantwoordelijk waren voor wat mij allemaal overkwam. Nu stond ik onder behandeling bij hulpverleners van het Haagse Parnassia, maar leek het erop dat ik mijn carrière als filmmaker zou kunnen vergeten.

Zo vlak voor de kerst komt mijn psychiater, Wim Veling, met een voorstel. Het Centrum Eerste Psychose van Parnassia zou in mei 2009 een landelijke studiedag organiseren. Wellicht was het een idee als ik voor die studiedag een korte documentaire zou maken over het hebben van een eerste psychose. Ik besluit het voorstel met mijn broer Robert, die in de studierichting productie aan de filmacademie is afgestudeerd, te bespreken. Waarom zou ik mijn eigen verhaal niet gebruiken voor die documentaire? En daarmee was het idee voor de film ‘Verloren Jaren’ geboren. Het productiebedrijf JensenFrisbee bleek daarbij enthousiast om de film te produceren.

Wim Veling en mijn sociaal psychiatrisch verpleegkunde, Gertjan Meewis, zagen het idee zitten en de maanden erop zijn we begonnen met het vinden van financiering. Omdat dat met een eerste begroting van veertigduizend euro een tijdje zou duren lieten we het idee varen het tijdens de studiedag te willen vertonen. Daarnaast ben ik begonnen met het schrijven van het filmscript. Uitgangspunt voor het scenario was een brief die ik aan mijn ouders had gestuurd waarin ik vertelde wat ik dacht dat mij de jaren ervoor allemaal was overkomen.

In de nazomer van 2009 hebben we pas de helft van de financiering rond. We worden op dat moment gesteund door Stroom Den Haag, Fonds Nuts Ohra en Stichting Koningsheide. Er liggen dan al vijf versies van het scenario. Ik wil een authentiek document maken over hoe ik mijn psychose ervaren heb. Dat blijkt moeilijker dan gedacht. Daarnaast is het scenario uitgegroeid van twintig naar een stuk of vijftig pagina’s. Dan komt er goed nieuws. Geneesmiddelenfabrikant AstraZeneca is bereid de tweede helft van de financiering voor zijn rekening te nemen. Ook wil AstraZeneca de film gaan vertonen tijdens het voorjaarscongres van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie op 14 april 2010.

Robert en ik zijn blij, maar op basis van de versie van het scenario die er dan ligt zijn we ook bezorgd. Het project is uitgegroeid van een eenvoudig docu-drama naar een speelfilm van een uur. We twijfelen of we niet eerst extra financiering moeten zien te vinden, dat zou gezien het filmscript realistisch zijn. Zouden we het project bovendien niet moeten uitwerken naar een volwaardige speelfilm van anderhalf uur en er ook volwaardige financiering voor moeten zien te vinden? Uit enthousiasme besluiten we het project toch aan te gaan. We doen nog een aantal pogingen extra financiering te vinden, maar die blijken tevergeefs. Ook doe ik een laatste poging bij de filmacademie om alsnog af te studeren. Helaas wordt mijn idee met het filmscenario dat er ligt en de bij elkaar gebrachte financiering een eindexamenfilm te maken niet omarmd.

In het najaar van 2009 beginnen we met de préproductie. We hebben dan te maken met een filmscript van inmiddels zeventig pagina’s, een budget van rond de veertigduizend euro en een deadline op 14 april 2010. Het wordt een guerrillaproject, waarbij we afhankelijk zullen zijn van veel goodwill van mensen. In de maanden erop vinden we een volwaardige crew die bereid is voor een habbekrats mee te werken, en een cast waarvan het overgrote deel voor een onkostenvergoeding van 10 euro bereid is te acteren.

Na acht draaidagen, materiaal voor een speelfilm van anderhalf uur, drie weken montage en twee en een halve week sound design ligt er begin april 2010 een film van 65 minuten. Op 14 april ging ‘Verloren Jaren’ in première. Vanaf 15 april is de film gratis in HD-kwaliteit te zien via www.verlorenjaren.nl.

Bas Labruyère

Statement van de regisseur
August 16th, 2010 · De Film

Wat doe je als je regie (fictie) aan de Nederlandse Film en Televisie Academie gestudeerd hebt, jarenlang te kampen hebt gehad met een psychose, vervolgens niet meer mag afstuderen aan de filmacademie, maar toch een kans krijgt omdat je gevraagd wordt een documentaire te maken over een psychose en een budget bij elkaar weet te sprokkelen van veertigduizend euro? Aan de slag gaan!

Met ‘Verloren Jaren’ heb ik het medium film gebruikt om mijn eigen verhaal te vertellen. Mijn psychose begon met waanideeën waarbij ik dacht dat de filmacademie speciaal voor mij acteurs organiseerde om boodschappen over te dragen. Later begon ik stemmen te horen en zag en rook ik dingen die er niet waren. Omdat ik ervan overtuigd was dat anderen er op de één of andere manier verantwoordelijk voor waren weigerde ik professionele hulp te zoeken. Pas na jaren heb ik mij op laten nemen in het Klinisch Centrum voor Acute Psychiatrie van het Haagse Parnassia. Inmiddels is de diagnose paranoïde schizofrenie gesteld, maar gaat het door het gebruik van medicijnen en een intensief zorgtraject weer uitstekend.

Als je ontwaakt uit een psychose stort de door het eigen brein gecreëerde wereld in elkaar. Dat wat volgt valt het makkelijkst te vergelijken met een rouwverwerkingsproces. Het schrijven van het scenario voor de film ‘Verloren Jaren’ maakte voor mij onderdeel uit van dat proces. Er zijn in totaal zeven versies van het script geschreven, daarbij zijn alleen schildpad James en het filmen met de camera van de mobiele telefoon als fictie-elementen toegevoegd. Omdat het mijn eigen verhaal betrof en niet een bedacht drama was er veel kritiek op de dramaturgische onderbouwing van het scenario. Zo zou het verhaal onder andere te rechtlijnig zijn. Ik heb er toch voor gekozen zo dicht mogelijk bij mijn eigen beleving te blijven.

Samen met Valery Smink (production design) heb ik uitgebreid overlegd hoe we de film zouden vormgeven. We hebben voor een realistische aanpak gekozen, behalve bij de scènes met de studieleider regie die de perceptie van de werkelijkheid van hoofdpersonage Bart weergeven. Het was een idee van Valery deze theatraal aan te pakken waarbij de camera inrijdt op de docent.

Tijdens mijn psychose speelden kleuren een belangrijke rol. Ik was voortdurend bezig de wereld op te delen in een kleurenhiërarchie. Daarbij was alles dat rood was een bedreiging voor me. Ook al hebben we in het production design gekozen voor een realistische aanpak, ik wilde toch met kleuren spelen om te verduidelijken hoe het lijkt te zijn als je een psychose hebt. Dit hebben we uiteindelijk met name door middel van de kleuren van de kleding vertelt. Kledingontwerpster Sanne van Deursen en verantwoordelijk voor de kleding op de set, Mibinte van de Belt, hebben mij hier heel erg in geholpen.

De films die ik gemaakt heb tijdens en voor mijn periode aan de Nederlandse Film en Televisie Academie zijn allemaal degelijk gedecoupeerd, met rijders daar waar ze het drama dienen. In samenspraak met cameraman Steffie Phlippen heb ik besloten deze doordachte stijl zoveel mogelijk los te laten. We wilden een document maken dat door zijn realistische aanpak de kijker naar de keel zou grijpen. Bovendien was het een wens van mij om hoofdrolspeler Wouter de Jong zo veel mogelijk ruimte te bieden te improviseren tijdens de opnamen. De camerastijl is daarom handheld, rauw en anticiperend, met een minimum aan extra lampen gedraaid. Door deze guerrilla-aanpak hebben we bovendien het haalbare binnen de productionele randvoorwaarde de film in acht draaidagen te schieten weten op te rekken. In de montage van editor Sebastiaan van Emmerik is de camerastijl verder versterkt door het toepassen van veel time-cuts.

Een grote uitdaging was het sound-design. Het permanent horen van stemmen alsof er buiten iemand tegen je staat te praten was een belangrijk symptoom van mijn psychose. In samenwerking met sound-designer Narek Nikoghoysan zijn we er in geslaagd het vorm te geven zoals het is als je een psychose hebt.

De voor mij belangrijkste uitdaging bij het regisseren van hoofdrolspeler Wouter de Jong was hoe een psychose er voor de buitenwereld uitziet. Ik heb een jarenlange psychose achter de rug, maar heb mijzelf in die periode niet kunnen observeren. Bij de acteursregie heb ik Wouter heel veel verteld over wat ik toen dacht en voelde en in samenspraak met regieassistent Eline Schellekens hebben we het geprobeerd te vertalen naar hoe het eruit moet hebben gezien. Daarnaast heeft Wouter zich optimaal voorbereid op zijn rol door een dag mee te lopen in het Klinisch Centrum voor Acute Psychiatrie van Parnassia in Den Haag, waar hij in aanraking kwam met patiënten die middenin een psychose zaten.

De film ‘Verloren Jaren’ is een ervaringsdocument, meer dan een zuivere dramatische vertelling. Er kan dan ook van alles wat op de film aangemerkt worden. De film is echter authentiek, met een duidelijke noodzaak gemaakt en grijpt de kijker naar de keel. Ik ben blij dat ik de film gemaakt heb, en zou het in dezelfde situatie weer precies zo hebben aangepakt.

Bas Labruyère

Geen opmerkingen:

Een reactie posten